De Duitse componist Helmut Lachenmann geldt als de laatste echte modernist. Vijftig jaar geleden al schiep hij een wonderlijke klankwereld met onconventionele speeltechnieken. Zijn ‘musique concrète instrumentale’ staat na al die jaren nog huizenhoog overeind. Deze mysterieuze klankwereld staat centraal op donderdag 20 februari in het Muziekgebouw aan ’t IJ. Dan spelen klarinettist Marc Simpson, cellist Jean-Guihen Queyras en pianist Pierre-Laurent Aimard een avond lang werken van deze bijna negentigjarige klanktovenaar.
Op woensdagmiddag 19 februari is er om 13.00 uur een openbare repetitie. Er klinken solowerken voor de drie instrumenten die zich ten slotte verenigen in het een half uur durende Allegro sostenuto.
Privéstudent
Helmut Lachenmann (1935) studeerde in Stuttgart en Venetië waar hij vanaf 1958 de eerste privéstudent van Luigi Nono was. Zijn werken gingen in première op prestigieuze festivals zoals de Biënnale van Venetië (1962). Hij doceerde in Hannover, Stuttgart en Harvard en ontving belangrijke prijzen zoals de Siemens Musikpreis (1997). Zelf doceerde hij jarenlang compositie aan dezelfde Musikhochschule Stuttgart waar hij zijn opleiding begon.
Lawaai-actie
Over zijn musique concrète instrumentale’ zei hij ooit dat het muziek is ‘waarin de geluidsgebeurtenissen zo worden gekozen en georganiseerd dat de manier waarop ze worden gegenereerd minstens zo belangrijk is als de resulterende akoestische kwaliteiten zelf. Bijgevolg produceren die kwaliteiten, zoals timbre, volume, enzovoort geen geluiden omwille van zichzelf, maar beschrijven of duiden ze de concrete situatie aan: luisterend hoor je de omstandigheden waaronder een geluids- of lawaai-actie wordt uitgevoerd, je hoort welke materialen en energieën erbij betrokken zijn en welke weerstand wordt ondervonden.’
Achter deze woorden gaat een fascinerende klankwereld schuil die op 19 en 20 februari te horen is in het Muziekgebouw aan ’t IJ.
Voor meer informatie en tickets: muziekgebouw.nl