Allereerst, hoe gaat het met u in deze rare, akelige tijd?
“Oké. Voor ons musici is het denk ik belangrijk dat we het grote plaatje niet uit het oog verliezen, en dat is de gezondheid van de bevolking. Dat mijn koor niet normaal kan functioneren, is niets vergeleken met de strijd die wordt geleverd in de zorg. Maar musici hebben het wél heel zwaar. Niet alleen in Groot-Brittannië, maar wereldwijd. Geen optredens op de agenda betekent automatisch ook geen geld in het laatje. En wat het extra moeilijk maakt, is dat er vooralsnog geen toekomstperspectief is. Het einde is nog niet in zicht. Als straks mondjesmaat weer dingen mogen, staan concerten waarschijnlijk helemaal onderaan de ladder. Ik persoonlijk heb het enorme financiële voordeel dat ik naast dirigent van Schola Cantorum ook docent ben.”
“Wat mensen in crisistijd nodig hebben, is een bepaalde vorm van spiritualiteit”
Hoe zien de repetities van Schola Cantorum er nu uit?
“Repeteren met de complete groep is uiteraard onmogelijk. Dus hebben we de jongens van het koor opgesplitst. Ieder stemtype heeft een apart groepje: de alto’s, de tenoren, enzovoorts. Eigenlijk werkt die aanpak prima. De kids gaan voorbeeldig met deze nieuwe situatie om. Omdat we niet mogen optreden, hebben we ons maar op opnames gestort. Maar wat normaal in een namiddag gepiept zou zijn, neemt nu vier weken in beslag.”
Het nieuwe album ‘In Paradisum’ is opgenomen vóór de coronacrisis, maar typisch genoeg is het de perfecte muziek voor deze tijd. Bent u het daarmee eens?
“Ja, daar kan ik me wel in vinden. Wat mensen in crisistijd nodig hebben, is toch een bepaalde vorm van spiritualiteit, denk ik. De muziek op dit album is uiteenlopend, maar wat de stukken verenigt, is het rustgevende, contemplatieve karakter ervan.”
“Bij Schola Cantorum staat het Miserere van Allegri naast een stuk uit Lord of the Rings”
‘Uiteenlopend’, u zegt het al. ‘In Paradisum’ kent een brede, losse selectie van werken, van renaissance tot hedendaags. Hoe kwam deze selectie tot stand?
“Laat ik beginnen met te zeggen dat deze muziekselectie álle facetten van het jongenskoor moest belichten. We zingen niet alleen wekelijks tijdens missen, maar dragen ook bij aan opera’s in Covent Garden en filmsoundtracks. Daarom vind je op de cd het Miserere van Allegri naast een stuk uit The Lord of the Rings. Vervolgens hebben we het repertoire voor de cd gekozen in samenspraak met de platenmaatschappij. Die wilde de uniciteit van de Britse jongenskoortraditie vastleggen op plaat.”
In veel meer Europese landen hebben ze kwalitatief hoogstaande jongenskoren. Wat maakt de Engelse traditie zo uniek?
“In Groot-Brittannië wordt de jongensstem diepgekoesterd. De fragiliteit van de jongensstem is iets magisch, aangezien die van tijdelijke aard is. Er zit een tijdslimiet aan. Wat ik probeer te doen, is de persoonlijkheid van de jongens te vangen in de gezangen. De individualiteit van de zangers maakt het grote geheel sterker.”
Dit artikel maakt onderdeel uit van de serie ‘5 vragen aan’. Benieuwd geworden? Meer artikelen vind je hier en hier.
