DVORÁK, LALO
Celloconcert in b, op.104; Celloconcert in d
Johannes Moser (cello), PKF – Prague Philharmonia o.l.v. Jakub Hrusa
PentaTone PTC 5186 488 • DDD-66’
Waardering: 8
In het boekje bij deze eerste cd die Johannes Moser voor PentaTone maakte, schrijft hij opgetogen te zijn met de muzikale thuishaven die het label hem biedt. Omgekeerd zal PentaTone de koning te rijk zijn met een solist van deze klasse. Mosers spel is meeslepend. Hij kan zijn plastische toon in een oogwenk laten veranderen van indringend intensief naar innig zoet. In cantilenepassages maakt hij geraffineerd gebruik van een zangerig portamento, het laten glijden van de ene noot naar de andere. Jammer dat met name de hoge strijkers van het orkest na al die klankschoonheid nu en dan wat dun klinken. Er hadden best nog vier eerste violisten bij gemogen, denk ik dan; of ligt het aan de opname, die dan soms alleen de voorste gelederen van de tuttistrijkers lijkt op te pikken? Die éne viool van de prachtige solo van de concertmeester, aan het slot van het de finale van Dvorák, klinkt haast krachtiger dan alle eerste violen bij elkaar. Moser combineert op deze opname de celloconcerten van Dvorák en Lalo. Lalo wordt veel minder vaak uitgevoerd dan Dvorák, maar zeker na het beluisteren van het sprankelende intermezzo en de aangrijpend gespeelde introductie tot het derde deel zou je willen dat je het vaker hoorde.
Machiel Swillens
Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.