PERGOLESI

Recensie PERGOLESI, ­CALDARA – Stabat Mater – Maddalena ai piedi di Cristo

PERGOLESI, ­CALDARA
Stabat Mater – Maddalena ai piedi di Cristo
Amaryllis Dieltiens (sopraan), Clint van der Linde (countertenor), Capriola di Gioia o.l.v. Bart Naessens
Evil Penguin Classic EPRC 0035 • DDD-57’
Waardering: 8

Wat is de Italiaanse barok toch rijk. Twee nieuwe opnamen van het immens populaire Stabat mater dolorosa van Giovanni Battista Pergolesi, het hartverscheurende werk dat een kritische tijdgenoot te ‘frivool’ en opera-achtig vond voor de liturgie in het vrome Napels van de achttiende eeuw, maar dat toch de geschiedenis inging als een van de innigste verklankingen van het beroemde middeleeuwse rouwgezang. Christophe Rousset en Les Talens Lyriques maakten ooit een gedenkwaardige opname van het Stabat mater met Barbara Bonney en Andreas Scholl, maar twintig jaar later zijn Sandrine Piau en Chris­topher Lowrey even bekwaam en minstens zo ontroerend. Bij vergelijking met die oudere opname lijkt de gevoelswaarde bij de musici dieper te zijn ingedaald, zeker bij Rousset zelf, die meer inhoud geeft aan het essentiële begrip ‘rust’. Deels is dat een kwestie van tempo en van ruimte voor de zangers om te ademen en uit te zingen, maar vooral wordt de tekst­interpretatie erdoor verdiept. Daarbij krijgen ook de strijkers een essentiële rol. Ze leggen accenten in de dynamiek die bepaalde woorden en begrippen subtiel uitlichten, waardoor de symbolische betekenis benadrukt wordt. De tweede opname, van het al even wonderbaarlijke Vlaamse ensemble Capriola di Gioia van Bart Naessens en Amaryllis Dieltiens, doet nauwelijks onder voor Les Talens Lyriques, al is Roussets o zo doordachte en verfijnde tekstbehandeling niet te overtreffen. Het grote verschil is dat Naessens een enkelvoudig bezet ensemble dirigeert: 6 spelers versus 17 bij Rousset. Vooral naar de ‘ingénue’ sopraanstem van Dieltiens wil je steeds maar weer luisteren: die wint het voor mij nét van de wat wereldser Piau. Welke cd moet je kiezen? Moeilijk te zeggen – misschien moeten de aanvullingen de doorslag geven. Kwantitatief verwent Rousset ons het meest, met Salve Regina van Nicola Porpora (1686-1768) voor sopraan en Beatus vir van Leonardo Leo (1694-1744). Boeiende staaltjes van die rijke Italiaanse barok, maar toch val ik opnieuw voor Amaryllis Dieltiens met drie schitterende aria’s uit Maddelena ai piedi di Cristo van Antonio Caldara (1670-1736). Het is niet Maria, maar Magdalena die treurt, maar muzikaal en thematisch sluit dit werk perfect aan bij Pergolesi’s meesterwerk. De uiterlijke verzorging, inclusief goed gedocumenteerde liner notes, is bij beide uitgaven om door een ringetje te halen.
Gerard Scheltens

Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen