CD 43_718

Recensie RAUTAVAARA – Rubáiyát, Balada, Canto V, Four Songs from Rasputin

RAUTAVAARA
Rubáiyát, Balada, Canto V, Four Songs from Rasputin
Gerald Finley (basbariton), Mika Pohjonen (tenor), Helsinki Music Centre Choir, Helsinki Philharmonic Orchestra o.l.v. John Storgårds
Ondine ODE1274.2 • DDD-59’
Waardering: 8
Luister 718 – September/Oktober 2016

De liedcyclus Rubáyát naar gedichten van Omar Khayyam (1048-1131) inspireerde Rautavaara al in 1949, toen hij in de twintig was. Het duurde tot 2014 voor hij de gedichten op muziek zette voor bas-bariton Gerald Finley. Als componist was Rautavaara (hij overleed op 27 juli jongstleden) minder progressief dan Eötvös, veel meer natuurgeoriënteerd dan avant-gardistisch. Zijn muziek klinkt zoals je zou verwachten dat zijn illustere Finse voorganger Sibelius vandaag de dag zou hebben gecomponeerd. Deze latere periode in Rautavaara’s componeren staat bekend als zijn synthese-stijl, waarin hij een brug slaat tussen een eigentijds klankbeeld en de late negentiende/vroege twintigste eeuw. Dit is glashelder in ‘Canto V’ of ‘Balada’ voor tenor, gemengd koor en orkest. Fascinerende stukken met grote zeggingskracht. Je hoort dat ze niet in dit tijdvak thuishoren maar de paradox is dat ze desondanks op tal van momenten toch futuristisch klinken. Rautavaara schuwt het grote effect ook niet waar dat past. Hij is in essentie natuurlijk een operacomponist, hetgeen in de koorstukken uit Rasputin goed te horen is. Over Finley kunnen we kort zijn. De stukken zijn hem letterlijk op het lijf geschreven en het Helsinki Philharmonic is groot geworden op Rautavaara’s muziek. Tenor Pohjonen is eveneens heel idiomatisch in deze muziek. Een tijdsdocument.
René Seghers

Wilt u meer recensies lezen, dus óók de recensies van albums die het afgelopen halfjaar verschenen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen