Raphaël Pichon was niet alleen het muzikale brein achter Le Lacrime di Eros, hij nam onlangs ook Mozarts Requiem op een bijzondere manier op. Niet gewoon alle delen achter elkaar, maar alle stukken in de versie van Süssmayr verweven met ander werk van Mozart zoals Miserere mei en Solfeggio. Of het werkt of niet mag ieder voor zich bepalen, Pichon is in elk geval duidelijk over zijn beweegredenen: “Wat je goed moet begrijpen is dat ik niet in de mogelijkheid van heiligschennis geloof. Waarom? Omdat het een niet afgemaakt stuk is. Dus in essentie is het al een opgeknipt werk. Het zat al vol met scheuren. Het zat al vol tekortkomingen. Het was onze eigen fantasie die er een perfect meesterwerk van heeft gemaakt. Een bedenksel dat niet overeenkomt met de realiteit. Een meesterwerk ja, maar een meesterwerk waarvan benen ontbraken, vingers ontbraken, kleuren ontbraken.”
Herinnering
Vandaar dat Pichon zich geroepen voelde meer te doen met Mozarts Requiem dan het alleen maar opnemen. “De weg waarvoor wij hebben gekozen is de weg van de herinnering. Het feit dat het Requiem een herinneringsceremonie is voor degene die vertrekt en degenen die achterblijven. Ik omarm het volgende idee: juist omdat het werk niet compleet is, biedt ons dat de mogelijkheid om binnen het stuk af en toe even stil te blijven staan. Niet knippen, maar stilstaan. En daar even te luisteren naar een herinnering, een verre echo uit het verleden van Mozart zelf, een herinnering die een licht komt werpen op zijn beroemde laatste werk. Daarom hebben we een kinderstem genomen om het begin en het einde te laten horen. Alles was er al.”